Zon in november. Maximaal 3 uur vliegen. Lekker eten. Combinatie van relaxen en actie. De Spaanse Costa del Sol voldoet aan alle eisen. We gaan op ontdekkingstocht in het zuidoosten van Spanje.
Door onze spontane actie ontbreekt aan een gedegen voorbereiding. Met enkel wat losse tips laten we ons verrassen door vier diverse plaatsen: Granada, Frigilione, Nerja en Malaga. Conclusie: Spanje leeft in november.
Granada
Deze studentenstad is vooral bekend om Alhambra. Het Alhambra is een middeleeuws paleis en fort van de Moorse heersers. Het ligt op een heuvel net iets buiten het centrum. Een must see van de UNESCO werelderfgoedlijst. Helaas is deze hotspot niet geschikt voor ongeplande acties. De kaartjes zijn al maanden van te voren uitverkocht. Toch is het ook zonder kaartje de moeite waard om er even langs te lopen. Er valt genoeg te zien.
We slenteren met de zon op ons gezicht door de smalle straatjes, eten tapas onder de sinaasappelbomen op fijne pleintjes en struinen over de Arabische markt.
Frigiliana
Dit bergdorpje ziet er met haar witte huisjes schilderachtig uit. Rondwandelen door de steile straatjes staat gelijk aan foto’s maken van talloze blauwe deuren, vrolijke planten, kleurrijke bloemen en vergezichten. Een plek om vrolijk van te worden.
Nerja
Deze badplaats is in onze ogen wat vergrijst. Overwinterende bejaarden strompelen massaal richting het ‘balkon van Europa.’ Vanaf deze plek heb je een namelijk een mooi uitzicht over zee.
Na een onmisbaar fotootje verruilen we dit stukje toerisme snel voor een strandbedje. Want een heerlijk strand hebben ze hier zeker.
Malaga
Deze stad mag je niet overslaan tijdens een bezoek aan de Costa. Winkelen, cultureel doen en relaxen in de zon. Het is hier allemaal binnen handbereik. Er zijn zoveel leuke plekken en tapastentjes dat je ook zonder hotspotlijstje in je hand niet wordt teleurgesteld.
Meer Spanje? Wat dacht je van San Sebastian of Ibiza?